Een van de vele kenmerken van hooggevoeligheid is de
sterke neiging tot perfectionisme. In tegenstelling tot andere obsessies wordt
deze drang tot tot het nastreven van perfectie doorgaans beschouwd als iets
positiefs, als iets waar je punten mee kunt scoren, maar pas op...
Het woord ‘perfect’ komt uit het latijn en betekent onder
andere dat iets zó goed is dat het resultaat niet te overtreffen is. Laten we
eerlijk zijn, dat ‘iets’ niet te verbeteren zou zijn is vaak een nogal
subjectief oordeel, aangezien ikzelf misschien wel kan vinden dat dit- of
datgene niet beter kan, maar dat een ander daar juist heel anders over denkt.
We hebben dus te maken met een mening, met iets dat in de grond van de zaak
volkomen relatief en aanvechtbaar is. ‘Perfectie’ is een illusie, een beeld dat
we zelf creëren.
Een groot deel van mijn cliënten lijdt onder hun
verlangen naar perfectie. Ze doen hun best om absoluut geen fouten te maken en
om in alles wat er op hun weg komt volmaakt te zijn: de volmaakte partner, moeder,
vader, dochter,zoon, collega... Het huis volmaakt op orde, het eten waar niets op aan te merken valt en dat
vervolgens ook op een perfect gedekte tafel een plekje moet vinden. Perfectie
in... alles. Door het nastreven van deze volmaaktheid zijn ze eigenlijk altijd
moe, want het is in hun ogen nooit goed genoeg. Uitrusten, even bijkomen en
genieten van het bereikte resultaat is er niet bij, want télkens wanneer ze
denken dat ze er zijn, dat alles tot in de puntjes verzorgd of af is, zien ze
weer iets anders dat nog voor verbetering vatbaar is. De perfectionist, lieve
lezers, is zijn eigen grootste vijand. Tussen twee haakjes, we komen het ook
tegen in het eveneens onbereikbare schoonheidsideaal, een boeiend thema waarbij vaak alleen naar het uiterlijk wordt
gekeken en er nogal eens over het hoofd wordt gezien dat ware schoonheid van
binnen zit en naar buiten toe zichtbaar wordt, in plaats van andersom...
Er is niks mis mee om iets goed te willen doen, om goed
werk af te willen leveren, om jezelf van je beste kant te laten zien en om
jezelf te willen overtreffen. Dit is alleen maar een uiterst nobel streven! Het
wordt echter een probleem zodra dit streven overgaat in obsessief gedrag en
andere aspecten van je leven eronder gaan lijden. Begin je te merken dat jouw
verlangen om iets goed te doen sterker wordt dan andere behoeften en verlangens
die voorheen ook een plekje hadden in je dagelijks bestaan, krijg je in de
gaten dat je eigenlijk alleen nog maar aan dat ene ‘iets’ kunt denken en dat je
er tot `s avonds in je bed over ligt te malen en dat je innerlijk niet meer tot
rust kunt komen, dan ben je waarschijnlijk bezig om de grens tussen iets goed
te willen doen en in obsessief gedrag te verzanden, te overschrijden.
Wanneer moet je
op je hoede zijn?
- Zodra je merkt dat het je moeite kost om
iets los te laten, om wat anders te gaan doen en je te ontspannen.
- Zodra het ‘iets’ waar je mee bezig bent
ten koste van je nachtrust begint te gaan.
- Zodra je beseft dat je, in je gesprekken
met andere mensen, alleen nog maar over jouw thema wilt praten.
- Zodra je begint de complimentjes die je
voor je werk krijgt in twijfel te trekken.
- Zodra je vanuit je omgeving opmerkingen
krijgt met betrekking tot je obsessieve gedrag.
Het is geen goed idee om je uit te putten en je in de
stress te werken voor iets wat sowieso nooit haalbaar is. Het kan nooit
verstandig zijn om je gezondheid op te offeren voor iets wat nooit bereikbaar
is. (Stress en uitputting kunnen ziekte tot gevolg hebben). Ik wil best
toegeven dat ik, net als veel van die cliënten van mij, vroeger ook dacht dat
iets (ik) perfect moest zijn en dat ik mij daarvoor verschikkelijk kon
uitsloven. Intussen echter weet ik dat het een veel beter idee is om de lat op
het niveau van ‘voldoende’ te leggen, beseffende dat dit ‘voldoende’ evenzo een
subjectief oordeel inhoudt, maar dan wel met het verschil dat je het op een
bepaald moment los kunt laten, dat je een klus op een bepaald moment gewoon af
kunt ronden en dat je niet eindeloos door hoeft te gaan waardoor je in het
obsessieve terecht komt.
Zo herinner ik me de eerste lezing die ik moest geven. De
angst en de onzekerheid hielden me in hun verlammende greep. Vanaf de lagere
school leed ik aan toneelangst. Maar ik móest en zou die lezing geven, en ik
dacht: als ik me maar heel goed voorbereid, als ik alles maar zo ongeveer uit
mijn hoofd ken, dan kan het niet mis gaan. Maar ik kwam nooit aan het uit mijn
hoofd leren toe, want ik schreef en herschreef mijn verhaal, verscheurde het en
begon weer opnieuw... omdat het nooit goed genoeg was. Op een gegeven moment besloot
ik mijn tekst (bíjna perfect) aan anderen te laten lezen, terwijl ik
ondertussen toch alweer met een nieuwe versie bezig was. Toen mijn kritische
lezers zeiden dat het goed was, geloofde
ik ze niet... Ik was alleen nog maar totaal geobsedeerd met die lezing bezig,
ik snauwde mijn omgeving af, voor eten had ik geen tijd en slapen? Nou, ik kon
mijn tijd wel beter besteden... aan het herschrijven en bijschaven van mijn
verhaal. Totale waanzin! Uiteindelijk kwam die lezing best in orde, en ik heb
er veel van geleerd: op die manier nóóit meer.
Om te beginnen drong het toen pas echt tot me door dat
dit soort irrationeel perfectionistische gedrag voortkomt uit een diepe
onzekerheid. Ik was doodsbenauwd om fouten te maken, om uitgelachen te worden
en om niet aan de verwachting (van wie, in vredesnaam?) te voldoen. En dat
alles, beste lezer, zat gewoon alleen maar in mijn eigen kop, mijn
beïnvloedbare koppetje van hsp’er. Die onzekerheid, dat zwakke zelfbeeld is
iets wat bij heel veel hsp’ers een grote rol speelt. Ga maar eens kritisch bij
jezelf na of je daar ook last van hebt, en doe er dan wat aan, want de lat op ‘volmaakt’
leggen in plaats van op ‘voldoende’, ‘middelmatig’ of ‘aanvaardbaar’, kan
ernstige gevolgen hebben.
Wat kun je doen?
- Begin met de lat wat lager te leggen: ‘aanvaardbaar’
is goed genoeg, en zeker als het van een hsp’er komt.
- Besef dat alle etiketten, alle oordelen
in jouw hoofd zitten en dat ze daarom subjectief zijn. Altijd. Het zijn
regelrechte saboteurs.
- Leer complimentjes aanvaarden (en ze ook
te geloven!
- Herhaal het mantram: ‘Doen is beter dan
volmaakt.’
Ik las ooit eens ergens het volgende: ‘Om verlicht te
raken kunnen je kiezen uit twee poorten. Boven de eerste staat geschreven: Perfectie, boven de tweede staat Voldoende. De eerste poort, die van de
perfectie, is een schitterende, rijkelijk versierde poort die degene die ervoor
staat met zijn pracht probeert te verleiden. Wie besluit deze poort te betreden
stuit onveranderlijk op een ondoordringbare muur. En de tweede poort? Achter
deze poort bevindt zich een magische tuin waar alles mogelijk is. Het is echter
denkbaar dat het nooit bij je opkomt om deze tweede poort, deze poort van Voldoende, te betreden... Het is aan jou
om te kiezen en een geheel nieuwe wereld vol ongekende mogelijkheden te
ontdekken.
Ik heb het heel erg zoals ook even genoemd op het gebied van uiterlijk.
BeantwoordenVerwijderenIk merk dat ik heel gedetaileerd waarneem en zie alles wat er mooi is maar ook wat er niet mooi is.
Heb dat altijd al erg gehad t.o.v. mezelf (bezig zijn met uiterlijk) en merk dat het uiterlijk
van een vrouw ontzettend veel invloed heeft op mijn gevoel.
Ik vind dit een "lastige" eigenschap want ik merk nu mijn vrouw haar schoonheid verliest (we zijn inmiddels achter in de 40)
mijn gevoelens ook sterk verminderd zijn (of er zo goed als niet meer zijn). Anderzijds kan ik me ontzettend vergapen aan andere mooie (soms jongere) vrouwen.
Wat moet ik hier toch mee aan... Het voelt zo sterk dat ik met deze ''verlangens" voor het mooie blijf lopen en vreselijk gevoelig voor blijf.