Er wordt me nog
al eens gevraagd of hooggevoelige mensen zich sneller beledigd of aangevallen
voelen dan mensen met een gemiddelde gevoeligheid, en inderdaad, dat is zeker
het geval. De hooggevoelige mens heeft de neiging veel, heel veel, op te vatten
als iets persoonlijks, als persoonlijke kritiek. Laten we eens kijken hoe dat
komt en wat je eraan kunt doen.
Paul is vegetariër. Meer dan eens heeft hij meegemaakt dat er, wanneer hij
ergens te eten wordt gevraagd en hij zegt dat hij geen vlees of vis eet, wordt
gelachen. ‘Ik word uitgelachen, zegt hij, en ik voel me aangevallen. En als ik
dan uitleg waarom ik ervoor kies om geen vlees te eten, maak ik alles er alleen
nog maar erger op en krijg ik van alles over me heen.’ Hij geeft toe dat hij
niet begrijpt dat er nog steeds mensen zijn die vlees eten, en het hem moeite
kost om dat te aanvaarden.
Juana is ambtenaar en staat achter het loket. Ze heeft dus rechtstreeks
contact met de burgers. Ze neemt haar werk uiterst serieus, en ze vindt het
belangrijk om iedereen altijd zo goed mogelijk van dienst te zijn. ‘Ik vind het
dan ook onverdraaglijk als ik mensen slecht over ambtenaren hoor praten. Ik
voel me dan persoonlijk aangevallen en ik sla dicht, en niet zelden lig ik er
´s nachts van wakker.’
We zien hoe het
in beide voorbeelden in de eerste plaats gaat om normen en waarden; normen en waarden
wegen voor de gemiddelde HSP’er erg zwaar. De meesten zijn ervan overtuigd dat
ze het juiste doen en dat hun optreden correct is, dat hun normen en waarden de
juiste zijn, en meer dan eens kunnen ze maar moeilijk aanvaarden dat er mensen
zijn die anders handelen of voelen dan zij. Dit kan tot gevolg hebben dat de
HSP’er zich superieur gaat voelen ten opzichte van diegenen die er andere normen
en waarden op na houden.
Er bestaan
talloze normen en waarden, principes. Je kunt je van je eigen normen en waarden
bewust zijn en ze doelgericht nastreven. Er zijn ook mensen die niet eens
bewust weten dat ze ze hebben maar zich er in het leven toch naar richten,
terwijl je daarnaast ook nog lieden hebt die gewoon maar handelen zoals het hen
het op een bepaald moment het beste past en de meeste winst oplevert. Niet
iedereen is zich dus bewust van zijn principes, en niet iedereen heeft dezelfde
principes – áls hij ze al heeft. En omdat we onmogelijk zomaar kunnen weten wat
iemands principes zijn zit er dus weinig anders op dan je neer te leggen bij de
wijze waarop anderen hun bestaan inrichten hoewel dit volledig in strijd kan
zijn met onze persoonlijke levensvisie. Let wel, ik heb het natuurlijk niet
over crimineel gedrag, want dat is een ander verhaal.
Wanneer jij als
HSP’er met principes in contact komt met andere mensen (en dat kunnen
natuurlijk ook HSP’ers zijn) die er andere normen en waarden op na houden dan
jij en dat aangeven, dan kan het zijn dat je je niet alleen miskend voelt, maar
dat je de reactie van die ander opvat als rechtstreekse kritiek op jouw
opvattingen. De kans is groot dat het niet gelijkgestemde gedrag, de afkeurende
boodschap van de ander, op jou overkomt als dat jij niet zou deugen als mens,
dat je niet aardig bent en dat de ander dus niets met je te maken wil hebben.
Ja, dan voel je je beledigd. Je voelt je aangevallen. Misschien stel je je naar
buiten toe eigenlijk eerder defensief op omdat het leven je heeft geleerd dat
geen mens te vertrouwen is.
Veel HSP’ers
hebben een zwak zelfbeeld. Van klein af aan heeft de wereld hen laten weten dat
ze te soft zijn, dat ze huilebalken, of extreem verlegen zijn. De conclusie die
hun kinderhartje daaraan heeft verbonden is dat ze niet deugen. Veel HSP’ers
zijn op school gepest; een deel van hen krijgt het later op het werk ook te
verduren en is het slachtoffer van mobbing. De maatschappij is helaas niet erg
tolerant ten opzichte van mensen die anders zijn, die buiten de groep vallen.
We hebben geleerd ons aan te passen, ons anders voor te doen dan we in
werkelijkheid zijn; overlevingsstrategieën om vooral maar niet de aandacht te
trekken. We hebben geleerd om aardig te doen ook wanneer we dat niet echt zo
voelen, we maakten het anderen naar de zin om vriendjes en vriendinnetjes te
hebben. Ja, ik weet het, ik ben op een verschrikkelijke manier aan het
generaliseren, en gelukkig heeft lang niet elke HSP’er zulke nare ervaringen en
hebben de meesten ook mooie en positieve dingen meegemaakt. Dat neemt echter
niet weg dat het gros der HSP’ers een zwak zelfbeeld heeft. (Zie Elaine Aron’s
“The undervalued self”).
Paul, de
vegetariër, voelt zich onzeker, en zijn onzekerheid maakt hem kwetsbaar. Hij denkt
dat hij wordt uitgelachen, maar het is heel waarschijnlijk dat de mensen lachen
omdat men niet goed weet wat te zeggen, of gewoon omdat men niet snapt dat er
mensen zijn die geen vlees willen eten. Ze lachen Paul niet uit, ze lachen in
geen geval om hem, maar hooguit om het idee waarmee hij hen confronteert. Paul
wordt verschrikkelijk serieus en komt met principiële uitspraken, maar hoezeer
hij ook zijn best doet, de anderen kunnen niets beginnen met zijn argumenten
omdat ze het dilemma van wel of geen vlees niet zo intens beleven als hij dat
doet. Paul kan zich niet voorstellen dat mensen die vlees eten ook best heel aardig
kunnen zijn.
Het wil nogal
eens voorkomen dat HSP’ers er moeite mee hebben dat we niet allemaal hetzelfde
zijn en hetzelfde denken. Onderlinge verschillen maken ons mensen juist
interessant en boeiend. Wie zich flexibel en open opstelt naar anderen
(andersdenkenden) wordt niet overvallen door die afschuwelijke (voor)oordelen
die elke werkelijke communicatie onmogelijk maken.
Het geheim van je
niet beledigd of aangevallen voelen schuilt in aanvaarding en nieuwsgierigheid.
Wie zich naar de ander toe nieuwsgierig en niet veroordelend opstelt kan zich
onmogelijk beledigd voelen. Paul, onze vegetariër, heeft dat inmiddels geleerd,
en in plaats van zich aangevallen of bekritiseerd te voelen, of van
onmiddellijk iets te denken in de trant van “die lui zijn wreed en stom”,
probeert hij nu vanuit een oprechte belangstelling meer te weten te komen over
de ander en diens gewoontes, meningen en waarden. Hij schept er plezier in om
ideeën uit te wisselen over verschillende diëten en levensfilosofieën.
Verrijkend vindt hij dit soort gesprekken, want, zo zegt hij, ‘je hoeft het
toch helemaal niet met iemand eens te zijn om met respect naar zijn opvattingen
te kunnen luisteren.’
Juana, de
ambtenaar, raakt niet langer geblokkeerd, ze heeft geen last meer van huilbuien
of van slapeloosheid. De crisis, de verontwaardiging en de boosheid van de
mensen zijn een realiteit, maar het is niet iets wat zij persoonlijk kan
verhelpen. Ze doet wat er binnen haar vermogen ligt om de burger tegemoet te
komen, en meer dan dat kan ze niet. In plaats van, zoals voorheen, te blokkeren,
heeft ze geleerd om de ander empathisch tegemoet te treden en oprecht
belangstellend te luisteren naar wat doorgaans over een klacht of een probleem
gaat. Ze begrijp dat er burgers zijn die zich door het systeem benadeeld en
beduveld voelen en die hun verhaal kwijt moeten en dat ze hun gram daarbij
rechtstreeks op de ambtenaar –het aanspreekpunt- projecteren.
Het gros van de
mensen opereert vanuit een persoonlijke structuur van angsten, conclusies,
afweermechanismen en waarden. We hebben geleerd om ons zus of zo te gedragen,
op de manier die ervoor zorgt dat we het hoofd boven water blijven houden en
ons zo gelukkig en tevreden mogelijk voelen. En hoewel we van tijd tot tijd
kritiek krijgen, of klachten en misschien ook wel verwijten over ons gedrag te
horen krijgen, is het een feit dat die maar hoogst zelden iets over ons
persoonlijk zeggen. In de meeste gevallen staat iemands kritiek of klacht
rechtstreeks in verband met de keren dat de criticus of klager –doorgaans in
zijn vroege kinderjaren- een gelijksoortige situatie meemaakte.
Echt, verreweg de
meeste kritiek is niet persoonlijk; het gaat bij de klager bijna altijd om een
vorm van projectie. En dat geldt natuurlijk ook omgekeerd: onze kritiek op
anderen –of het nu om een partner, een collega, een klant of wie dan ook gaat- is net zo goed bijna altijd een projectie. Zou
het dan zo kunnen zijn dat we, telkens wanneer we ons bekritiseerd en beledigd
voelen, het gedrag van de ander verkeerd interpreteren? Misschien is het een
idee om eens te onderzoeken hoe het precies zit...
Stel jezelf eens de volgende vragen:
- Ik
voel me beledigd. Hoe komt het dat ik me aangesproken voel?
- Ik
voel me beter dan de ander, en schiet daardoor onmiddellijk in het
(ver)oordelen. Luister ik eigenlijk wel echt en met een open houding naar die
ander?
- Wat
zou de oorzaak kunnen zijn van het feit dat de ander mij dit soort verwijten
maakt?
- Wat
kan ik van de ander leren?
- Tot
op welke hoogte kan ik met zekerheid zeggen dat mijn waarden ook werkelijk de
míjne zijn, in plaats van dat ze het resultaat zijn van in mijn jeugd aangeleerde
-en klakkeloos overgenomen- onwaarheden en oordelen? (bijvoorbeeld van ouders
of leraren).
- Het
is goed denkbaar dat ik het niet eens ben met de opvattingen van de ander, maar
als ik zijn mening veroordeel, waar baseer ik mij dan op?
- Hoe
kan ik ervoor zorgen dan de ander het gevoel krijgt dat ik echt naar hem
luister?
- Zou
ik, zo lang het niet misplaatst is, misschien met een beetje humor kunnen
reageren?
Heb je eenmaal
ingezien dat de zogenaamde kritiek geen aanval is maar een persoonlijke
projectie van de ander, het resultaat van zijn eigen onmacht of pijn, dan kun
je je gevoel van beledigd zijn loslaten.
En tot besluit
nog even dit: Het empatisch of inlevend vermogen behoort tot de positieve
kenmerken van de hooggevoeligheid. Het is evenwel niet iets wat ons zomaar komt
aangevlogen. Soms, wanneer we ergens emotioneel bij betrokken zijn zoals we bij
Paul en Juana hebben kunnen zien, wordt het empatisch vermogen overschaduwd
door onze eigen subjectiviteit. Onze eigen emotionaliteit maakt inlevend
reageren onmogelijk. Door jezelf de bovenstaande vragen te stellen kun je die
emotionele betrokkenheid als het ware ‘ontzenuwen’, waardoor je empatisch
vermogen opnieuw actief wordt.
Dank je wel, Karina.
BeantwoordenVerwijderenJe blog geeft antwoorden op vragen die mij bezighouden.
Op de momenten dat het nodig is, zal ik jouw tekst erbij halen. Bedankt!
Het geeft vooral veel rust ongeveer te weten wat de oorzaken (kunnen) zijn.
Ik heb je blog ook even gedeeld op Facebook.
Groeten van Ester van Steekelenburg
Ikzelf heb sinds enkele weken een relatie van 12 jaar achter de rug. Een relatie met veel discussies, ruzies, onenigheden, misverstanden enz. Natuurlijk was het niet altijd kommer en kwel maar toch te veel om goed te zijn. Ikzelf ben geen HSP'er maar mijn ex-partner is HSP, daar kwam ik enkele dagen geleden achter door iets wat ze op facebook poste.
BeantwoordenVerwijderenProbeer je je eens voor te stellen dat we 12 jaar lang hebben opgebotst tegen alle mogelijke negatieve dingen die kunnen voorkomen in een relatie tussen een HSP en niet-HSP die niet op de hoogte was. Hoe vermoeiend en emotioneel dit moet zijn geweest voor ons beide. Ik kreeg regelmatig te horen dat ik geen emotie toonde of haar niet begreep en dat ze het daar moeilijk mee had. Discussies over alledaagse dingen monden meestel uit in ruzies met wegvluchten. Elke vorm van kritiek nam ze persoonlijk.
Het spijtige van alles is dat dit had kunnen voorkomen worden moest ze me hebben verteld dat ze een HSP was, wat ze reeds al lang zelf wist, wat de verschillen waren, de do's en don'ts. Dan had ik me kunnen inleven.
Als ik enig advies mag geven aan een HSP dan zeg ik 'Communiceer' er over met je partner en vrienden en colléga's die je nauw aan het hart liggen. Heb je een relatie met een HSP, verdiep je er dan in, er zal je veel duidelijk worden.
PS: ikzelf ben ook vegetariër en voel me ook soms aangevallen door niet vegetariërs.